Centrum voor Zeevarenden in de Eemshaven – Meer dan een biertje openmaken

Vroeger waren er misschien meer, maar ze zijn nog steeds overal ter wereld te vinden: zeemanshuizen. Of modern gezegd: centra voor zeevarenden. Talloze vrijwilligers zorgen ervoor dat dichtbij de haven zeevarenden een gastvrij onthaal kunnen krijgen. In Diepgang nemen we een kijkje achter de schermen van de Nederlandse centra voor zeevarenden. We beginnen dit nummer in het hoge noorden, in de Eemshaven.

Als ik met de auto op weg ben naar de Eemshaven lijkt het alsof ik me midden op zee bevind – zo vlak is het Groningse land. Langzaam maar zeker komen in de verte de lichtjes tevoorschijn van kranen, schepen en de vele centrales die deze haven rijk is. Ik arriveer bij het zeemanshuis net voor openingstijd. Buiten staan al mensen te wachten. Binnen zijn vijf vrijwilligers druk in de weer met de voorbereidingen voor de avond. “Normaal staan we hier met z’n tweeën,” vertelt vrijwilligster Aafke, “maar er ligt nu een cruiseschip en daardoor is het extra druk.”

Het gebouw is neergezet in 2004 en ziet er nog nieuw uit. Als je binnenkomt, valt onmiddellijk de open ruimte op met een prominente bar. Boven ons bevindt zich een wand met vlaggenstokken. Aan één kant staat een boekenkast. In een hoek staat een vitrine met souvenirs. Achter de bar valt de Airfryer op – het is mogelijk om oer-Hollandse bitterballen te bestellen. “Een geschenk van één van de offshore-schepen, die hier vaak in de haven te vinden zijn. De mannen vonden het hier super, maar ze misten een warme snack.” Er staan geen computers meer in dit zeemanshuis. “Die werden toch niet meer gebruikt. Iedereen heeft een mobiele telefoon, dus wifi is voldoende.”

Met vrijwilliger Henk ga ik mee in de bus: een groep Filippijnen van een bulkcarrier staat bij een gate te wachten om opgehaald te worden. Zij hebben kolen gelost voor één van de centrales. Samen met de offshore-windschepen en coasters zijn zij de meeste voorkomende gasten in de Eemshaven. Henk vertelt: “Ons centrum is eigenlijk de enige vorm van vertier in de buurt. Anders moet de bemanning naar Groningen en een taxi is duur. Wij hoeven maximaal maar 8 kilometer te rijden binnen de haven.” Henk is al jaren lang vrijwilliger en doet dit werk graag. Zijn record: 133 buskilometers op één avond. “Het mooiste is het contact met zoveel verschillende mensen. Het is niet de bedoeling dat je als vrijwilliger voor je eigen gezelligheid komt. Je bent er voor de ander. Een praatje. Soms een hulpvraag. Het is meer dan biertjes openmaken. Dat kan iedereen.”

Ik ga met de bulkcarrier-bemanning het zeemanshuis binnen. Daar is het inmiddels al flink druk. Ik raak met wat bezoekers in gesprek, een Roemeen en een Schot die aan het werk zijn op het cruiseschip. “Hoe vinden jullie het hier?,’ vraag ik. “Absolutely lifesaving!” – dit houdt ons in leven, zeggen ze. “Het is hier leuker dan op een hotelkamer.”
Ik stel dezelfde vraag aan andere bezoekers. De schone WC wordt prettig gevonden. De wifi is handig. Sommigen zouden graag een nog wat grotere keuze aan souvenirs willen. Anderen missen iets als karaoke. De statafels vindt niet iedereen prettig – maar die zijn er ook maar tijdelijk. Normaal staat er ook een pooltafel; die is vanwege de drukte even naar zolder verhuisd.

Op de bovenverdieping is een “religieus hoekje” te vinden met beelden en kaarsen. Boven kunnen de bezoekers even wat rustiger zitten. “Er is niet direct behoefte aan méér,” legt Aafke uit. “Eén keer per jaar hebben we de koopvaardijdienst. En onze pastor Sven is beschikbaar als er een vraag is voor een gesprek of een bezoek aan boord.”
Er worden kleren gepast. Een winterjas en twee sjaals krijgen een nieuwe eigenaar. Nederland is maar koud, is een standaardklacht van Aziatische zeevarenden.

De financiering van dit centrum voor zeevarenden vormt gelukkig geen groot probleem. “We hebben een aantal sponsors uit de haven, die bijdragen in natura en geld. In september is er altijd een sponsormiddag. Maar we willen graag nog wat uitbreiden, zodat we wat meer opslagruimte hebben. En we willen het centrum ook fris houden. Eigenlijk moet een bezoeker die na 3 jaar weer eens terugkomt in onze haven kunnen zeggen: Hé, die zijn hier goed bezig geweest!”

Om 22.00 uur zijn er nog steeds zo’n 50 bezoekers binnen. Een groepje staat rond één van de tafels te kaarten. Maar de sluitingstijd komt in zicht. Henk gaat met de bus de bulkcarrier-bemanning terugbrengen. Door andere bezoekers wordt nog een biertje voor buiten gekocht. Dat mag, als er maar geen troep wordt achtergelaten. Twee Filippijnen vieren dat ze morgen naar huis gaan – na een werkperiode van 10 maanden boord. Daar kijk ik als baggerdominee toch van op. Als ik hun reis vergelijk met mijn late en lange thuisreis naar Middelburg valt deze toch wel weer mee. Zeker nadat ik nog een portie bitterballen heb meegekregen.

Stefan Francke

Met dank aan vrijwilligers Aafke, Jan, Wia, Lily en Henk
Het Centrum voor Zeevarenden (Borkumweg 2, Eemshaven) is iedere dag geopend van 19.00 tot 22.00 uur. Meer informatie is te vinden op www.zeemanshuiseemshaven.nl