Zeevaart in stripverhalen

Kapitein Wal Rus

Al jaren ben ik een stripliefhebber. Het drong eigenlijk pas kort geleden tot mij door dat er in strips nogal wat zeevarenden voorkomen. Ongetwijfeld is mijn eigen beeld van de maritieme wereld er door beïnvloed. In deze serie over varende striphelden wil ik daarom eens bekijken in hoeverre dat beeld eigenlijk klopt met de werkelijkheid. Hoe realistisch gaat het er aan toe? Kloppen de technische details? Worden de geijkte vooroordelen in strips bevestigd?

kapiteinwalrus2

In dit nummer van Diepgang wordt de meetlat gelegd langs kapitein Wal Rus, een beroemd zeeman in de avonturen van Tom Poes en Heer Bommel. In 40 ingebonden delen heb ik die allemaal in de kast staan. Marten Toonder geeft kapitein Wal Rus in 26 verhalen een rol. Hij behoort tot de oudste karakters van de strip.
In het zesde avontuur ‘Het verdwijneiland’ uit 1941 maakt hij zijn opwachting als kapitein van stoomschip de Albatros. Kapitein Rus heeft dan nog niet zo’n imposante snor als in de latere avonturen. Maar zijn karakter is al duidelijk zichtbaar. ‘Geen ogenblik kunnen ze je met rust laten,’  verzucht hij over zijn bemanning. In de volgende avonturen wordt kapitein Wal Rus’ opvliegende karakter verder uitgewerkt: hij loopt snel paars aan en beëindigt een discussie graag door zijn mouwen op te rollen en een paar klappen uit te delen. Als ‘eerlijk zeeman’  is hij niet gauw onder de indruk: niet van slecht weer en ook niet van andere levende wezens. Het moet duidelijk zijn: hij is de baas aan boord. Hij kan zijn bemanning de huid ongenadig vol schelden. Namen verbastert hij consequent. Maar zijn karakter heeft ook een goedmoedige kant. Hij heeft veel meegemaakt en vertelt daar graag over, met een sigaar erbij. Hij houdt van een borrel en een dutje. Hij leeft met de klok; de Albatros – ‘een goed schip, meneer’ – moet wel op tijd vertrekken. Met Heer Bommel heeft hij een haat/liefdeverhouding. Met hem als passagier is er altijd gedoe, maar hij is goed van betalen.

Wat niet zoveel mensen weten is dat de vader van Marten Toonder, net zoals de mijne, kapitein was op de grote handelsvaart. Kapitein Wal Rus lijkt dan ook naar hem te zijn gemodelleerd. In zijn autobiografie schrijft Marten Toonder hoe zijn vader in een driftige bui paars kon aanlopen. Als 8-jarige jongen mocht hij meevaren naar Hamburg. Toen besefte hij in wat voor andere wereld zijn vader meestal leefde en dat het voor hem niet mee moest vallen om thuis om te schakelen. Op 19-jarige leeftijd vaart Marten na zijn eindexamen mee naar Zuid-Amerika. Op die reis is hij in meerdere opzichten volwassen geworden. Hij ontdekt ook dat de scheepvaart soms slechte tijden kent, waarbij mensen geen werk hebben.

Marten Toonder (1972).jpg

Deze maritieme wortels hebben ongetwijfeld invloed gehad op de scheepvaartterminologie in de Bommelverhalen. Toonder heeft de Nederlandse taal verrijkt met vele nieuwe uitdrukkingen (denkraam, bovenbaas, eenvoudige doch voedzame maaltijd). Maar op de schepen blijven de oude vaktermen in ere (winch, brug, kombuis, midscheeps, peillood). Als goed kapitein bemoeit Wal Rus zich weinig met ‘beneden’. In avontuur 23 (1975) belt de meester naar boven: ‘Kunnen jullie niet kijken waar je stuurt?’ Een avontuur verder krijgen we pas voor het eerst een machinist te zien, die aan het repareren is. De Albatros is een stoomschip, dus er zijn nog stokers aan boord. De lading bestaat vooral uit stukgoed, dat met laadbomen en door bootwerkers van boord wordt gehaald. Ook vinden we nog de functies van hofmeester en marconist. De verhalen zijn dus wel gedateerd, hoewel het tegenwoordig weer hip wordt gevonden om als passagier op reis te gaan met een vrachtschip.

Het allereerste Wal Rus verhaal ‘Het verdwijneiland’ is zeer interessant. In de tweede wereldoorlog konden schepen plotseling verdwijnen door het gewapend treffen met een onderzeeboot. Marten Toonder zoekt naar een andere verklaring voor het verdwijnen van schepen: ‘zeerovers’. In de buurt van het eiland ‘Westbergen’ houden piraten verschillende bemanningen vast als gijzelaars. Daarmee snijdt Toonder een thema aan, dat helaas vandaag de dag maar al te actueel is. Gelukkig kan er aan het einde van dit avontuur toch snert worden gegeten.

Ook al speelt bij Heer Bommel geld geen rol, met de Albatros moet wel geld worden verdiend. Kapitein Wal Rus is kritisch, maar geld vergoedt veel. Dan is een zeeman bereid veel ontberingen te doorstaan. Er zijn echter grenzen. Als hij de opdracht krijgt Heer Bommel in een krater te gooien, weigert hij: ‘Dat gaat tegen mijn beginselen in.’

Kapitein Rus voelt ook de druk van de regelgeving van de overheid. Op een gegeven moment wordt bij de Albatros een lek in de ketel geconstateerd. De inspectie ontdekt ook dat er geen loods aan boord is genomen en bovendien dat er niet met een voltallige bemanning wordt gevaren. Dan dreigt het schip aan de ketting te worden gelegd. Heer Bommel biedt uitkomst door de boete te betalen.

Na 7 jaar afwezigheid keert Wal Rus in het laatste Bommelavontuur terug: ‘Het einde van eindeloos’ (1985). In Rommeldam gaat het slecht met de scheepvaart.  De ooit zo druk bevaren haven  is bijna leeg. Jarenlang was Rus kapitein-eigenaar, maar inmiddels is de Albatros in handen van rederij Van Barneveldt & Co (eigenaar Markies de Canteclaer). Deze besluit het schip te verkopen. ‘Alles naar de sloperij, meneer. Ik ook,’ verzucht Wal Rus. Hij is echter wel één van de genodigden bij de slotmaaltijd op Bommelstein. Wanneer Heer Bommel aankondigt dat hij zal gaan trouwen met juffrouw Doddeltje, besluit hij de Albatros te kopen, zodat hij ermee op huwelijksreis kan gaan. Zo lang er nog vervoer nodig is, zullen er schepen varen…

Stefan Francke

—————————————-
Meetlat
1. Hoe realistisch gaat het eraan toe in deze strip? Kapitein Wal Rus is duidelijk een vertegenwoordiger van de grote vaart. De taakverdeling op het schip klopt. Er komen telkens nieuwe stuurmannen, blijkbaar schuiven er door naar een kapiteinsfunctie op een ander schip.
2. Kloppen de technische details? De schoorsteen van de Albatros is veel te groot, maar verder kan het schip zo het water op.
3. Worden geijkte vooroordelen bevestigd? – Wal Rus trekt graag een fles uit de kast, maar we zien hem nooit dronken worden. Hij is grof in de mond, maar wel op een originele manier. Over zijn liefdesleven vernemen wij niets.
De jury: In de Bommelverhalen staat Wal Rus voor de avontuurlijke kant van het leven. Dat is nog steeds een reden waarom jonge mensen voor de scheepvaart kiezen – dát plus een goed salaris. Wal Rus is een klassieke autoritaire kapitein. Dat cliché past niet meer zo bij de moderne varende professional. Maar ik merk wel dat de Bommelverhalen diep in mij verankerd zitten: voor een kapitein heb ik ontzag, als ik aan boord stap. Ook al is de ‘ouwe’  tegenwoordig vaak jonger dan ik zelf ben.
Op een schaal van  1-10 scoort kapitein Walrus een 8 (tamelijk realistisch)

——————————————————————————-
Uitspraken van kapitein Walrus:
‘Ook de beste walvis kan verdrinken’
‘Praat niet zoveel’
‘Van alle overgehaalde landrottenstreken is dit de overgehaaldste’
‘Ben jij nou een stuurman?’
‘Waar is de meester? Waarom loopt die kar niet?’
‘Maar het kwam vaker voor dat de kapitein wat uit zijn humeur was en er was dan ook niemand, die zich in de buurt waagde’
‘De enige die hier tikken mag uitdelen, ben ik!’
‘Dat herinnert me aan die keer, dat ik met een lading erwten in de baai van Soekaboeki lag….’
‘Donders! de bodem is uit de zee gezakt’